Uitspraak van de rechtbank Noord-Holland van 31 mei 2021

Verzoeker gebruikt al zijn hele leven de naam Hans,* maar bij zijn geboorte werd per abuis de alleen de roepnaam Peters officieel vastgelegd, in die in dat zijn ouders op het geboortekaartje van verzoeker vermeldden: ‘wij noemen hem Hans’.

Verzoeker ervaart hier in het dagelijks leven veel last van. Hij raakt vaak in discussies verzeild v.w.b. zijn naam (zowel zakelijk als privé) en dient vaak aan anderen uit te leggen dat hij eigenlijk Hans heet en niet Peters. Het levert vaak ongemakkelijke gesprekken op. Verzoeker heeft om die reden de wens om de sinds jaar en dag bestaande roepnaam te formaliseren. Hij hoeft dan niet langer aan anderen nog uitleg te geven. Het zou hem ook sterken in zijn gevoel van identiteit, want elke keer als hij (noodgedwongen) de namen dient te gebruiken voor het regelen van officiële zaken, dan voelt het alsof hij niet ‘zichzelf’ kan zijn; de namen lijken aan iemand anders te refereren. Verzoeker gebruikt de roepnaam Hans reeds vanaf zijn prille jeugd. Redengevend is verder dat verzoeker met de naam Peters in het verleden is gepest, en hij zodoende op geen enkele wijze met deze naam wenst te worden geconfronteerd. De naam Peters is een vernoeming naar de grootvader van verzoeker, maar verzoeker heeft niets met de naam op en wil deze schrappen. Hij wenst de sinds jaar en dag bestaande roepnaam Hans officieel te laten vastleggen.

* Echte voornamen zijn gefingeerd.