Uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 10 juni 2020
Verzoekster ervaart in het dagelijks leven hinder van haar officiële voornaam. Dit komt onder meer omdat verzoekster in het verleden een aantal ingrijpende gebeurtenissen heeft meegemaakt in de sociale sfeer, die uiteindelijk ertoe hebben geleid dat verzoekster onder behandeling van een psycholoog is komen te staan. Zo werd verzoekster gedurende haar puberjaren op een bepaald moment op negatieve wijze geconfronteerd door andere meiden uit haar omgeving. In de beleving van verzoekster waren dat – met de kennis van nu – tekenen van jaloezie, wat waarschijnlijk zijn grondslag heeft gevonden in het feit dat verzoekster vroeg veelal optrok met jongens en liever met hen omging dan met haar vrouwelijke leeftijdsgenoten.
Over de jaren heen heeft die – in de beleving van verzoekster typerende (kenmerken van) – jaloezie geleid tot (grote) roddels en verhalen over verzoekster. Deze roddels kregen uiteindelijk een dermate omvang, dat het dagelijks welzijn van verzoekster daar sterk onder te leden kreeg. Zo werd zij op haar toenmalige school vaak negatief bejegend door derden. Gedurende een aantal jaren heeft dit een sterke invloed gehad op het dagelijks geluksgevoel van verzoekster.
Naarmate de jaren vorderden, ging verzoekster verhuizen. Zij schreef zich aldaar op school in onder de roepnaam Ella.* Dit had een positieve invloed op haar geluksgevoel. Echter werd haar vervolgens veelvuldig door derden de vraag gesteld waarom zij zich voorstelde als Ella, terwijl haar daadwerkelijke naam eigenlijk Sarah* is. Daardoor zag, en ziet verzoekster zich regelmatig voor het feit gesteld dat derden zich wantrouwend jegens haar opstellen.
Voorgaande feiten en omstandigheden bij elkaar opgeteld zit verzoekster wat betreft haar voornaam in het dagelijks leven ‘klem’. Dit komt omdat zij pertinent haar officiële naam niet langer wenst te hanteren, maar ziet zij zich voor het feit gesteld dat haar officiële naam nog met regelmaat terugkomt in het dagelijks leven, bijvoorbeeld bij het regelen van officiële zaken. Zij kan aldus geen ‘afstand’ doen van haar officiële naam door enkel voortaan door het leven te gaan onder de naam Ella. Zodoende wenst zij door middel van dit verzoek de jeugdtrauma’s die aan haar naam gekoppeld zijn achter zich te laten en een nieuwe start te maken door de sinds jaar en dag bestaande roepnaam Ella te formaliseren. Gebleken aldus is dat het voor verzoekster niet voldoende is om enkel haar roepnaam te gebruiken in het dagelijks leven om de door haar ervaren hinder weg te nemen.
De rechtbank acht zich over het verzoek voldoende voorgelicht en wijst het verzoek toe. Er heeft geen mondelinge behandeling ter zitting plaatsgevonden.
* Echte voornamen zijn gefingeerd.