Uitspraak van de rechtbank Den Haag van 20 april 2020

Verzoekster heeft een zoon die op de middelbare school zit. Blijkens een toelichting van verzoekster heeft zij destijds bij de geboorte van haar zoon een zware bevalling gehad. Daardoor was het voor verzoekster niet mogelijk om zelf de geboorte van haar zoon aan te geven bij het gemeentehuis. Toentertijd heeft de moeder van verzoekster de namen van haar zoon aangegeven bij de gemeente. Dit heeft echter niet op de juiste wijze plaatsgevonden, daar haar zoon had moeten worden aangegeven als Salleh.*

Haar zoon heeft bijna 13 jaar geen vaderfiguur in zijn leven gehad. Verzoekster heeft alle tijd de intentie gehad om de namen van haar zoon officieel te wijzigen in Salleh en hem daarbij de namen te geven die verzoekster oorspronkelijk had beoogd, maar vanwege haar financiële situatie is dat niet eerder mogelijk gebleken. Thans ervaart haar zoon in het dagelijks leven sterke hinder van zijn huidige voornamen. Verzoekster wil dat haar zoon gelukkig zal opgroeien door de sinds jaar en dag bestaande roepnaam te formaliseren, zoals de bedoeling van verzoekster is geweest bij de geboorteaangifte. Om die reden meent zij een sterk belang te hebben bij wijziging van de voornamen in Salleh.

Ter onderbouwing van de aanvraag verwijzen verzoekers naar een uitspraak van de rechtbank Utrecht van 8 maart 2006, waarin de rechtbank overwoog:

“Het is de rechtbank bekend dat het vaker voorkomt dat namen verkeerd of onvolledig worden aangegeven bij de aangifte van geboorte bij de burgerlijke stand. Nu verzoekers deze fout willen rechtzetten nu de minderjarige pas drie jaar oud is en het belang van de minderjarige wordt gediend met eenheid van voornamen binnen het gezin, is de rechtbank van oordeel dat er voldoende zwaarwichtig belang voor de verzochte wijziging bestaat.”

Verzoekster acht deze overweging voor de procedure relevant, omdat haar zoon sterk belang heeft bij wijziging van zijn voornaam in Salleh. Hij is weliswaar beduidend ouder dan drie jaar, maar gelet op zijn jonge leeftijd zal een wijziging van de voornamen bijdragen aan een evenwichtige identiteitsontwikkeling. Hij zal immers op korte termijn de puberfase bereiken en dit is een zeer belangrijke fase in het leven van een kind. Ter onderbouwing van de stelling: dat haar zoon in het dagelijks leven bekend staat onder de naam Deonel, legt verzoekster een verklaring over van de huidige school van haar zoon.

De rechtbank acht voldoende aannemelijk gemaakt dat het kind belang heeft bij wijziging van zijn voornaam. Zij wijst het verzoek toe.

* Echte voornaam is gefingeerd.