Uitspraak van de rechtbank Gelderland van 15 april 2021
Verzoekster heeft sinds circa 2019 te maken met identiteitsfraude. Op internet gebruiken andere personen haar personaliagegevens om daarmee dure aankopen te doen en die op naam van verzoekster te zetten.
Ze heeft hiervan in het verleden meerdere malen aangifte gedaan. Een van de situaties waar verzoekster mee te maken heeft, is dat de personen bijvoorbeeld eens een persoonlijk krediet op naam van verzoekster hadden aangevraagd, maar deze werd door de bank afgewezen. Het komt ook regelmatig voor dat er telefoonabonnementen op naam van verzoekster worden afgesloten, of dat er online aankopen via internet plaatsvinden. Verzoekster vermoedt dat iemand toegang heeft gekregen tot een persoonlijke internetpagina van verzoekster, waarin zich onder meer een kopie van de legitimatie en de bankpas van verzoekster bevond.
Ondanks de vele aangiftes in het verleden en meldingen bij het CMI en de fraudehelpdesk, is de identiteitsfraude nog steeds gaande. Verzoekster heeft besloten om een nieuwe naam aan te nemen in een poging om de identiteitsfraude te stoppen. Ze hoopt dat de fraude dan eindelijk voorbij zal gaan. In het dagelijks leven zal zij nog steeds haar huidige roepnaam gebruiken, maar door het aannemen van een andere voornaam denkt ze dat er geen identiteitsfraude meer zal plaatsvinden.
De rechtbank oordeelt dat dit een voldoende zwaarwichtig belang oplevert om de voornaam te wijzigen en doet schriftelijk uitspraak. Zij wijst de aanvraag toe.