Beschikking van de rechtbank Den Haag van 17 mei 2021

Verzoekster wil haar voornaam laten wijzigen, omdat zij er in het dagelijks leven ernstige hinder van ondervindt. Toen ze 21 jaar oud was, kwam zij in aanraking met een man, met wie zij een affectieve relatie kreeg. Verzoekster ging toen door een moeilijke periode in haar leven, maar door hem kreeg zij haar leven weer op de rails.

Uiteindelijk bleek de relatie schadelijk, in die zin dat ze merkte dat haar partner qua gedrag begon te veranderen. Hij werd strenger jegens haar en hij maakte gebruik van haar kwetsbare positie. Uiteindelijk hebben zijn gedragingen ertoe geleid dat verzoekster in de prostitutie is beland. Verzoekster durfde nooit tegen hem partner in te gaan of te vluchten, met tot gevolg dat haar situatie verergerde. Ze raakte onverschillig tegenover haar nieuwe leven en accepteerde het. Uiteindelijk is het verzoekster na een aantal jaar toch gelukt om uit de prostitutie te stappen en haar leven op orde te krijgen. Ze heeft de ingrijpende jaren ervoor achter zich kunnen laten.

Reden dat verzoekster thans haar naam wenst te wijzigen, is vanwege het feit dat ze nog bij tijd en wijle wordt geconfronteerd met haar verleden in de prostitutie. De naam brengt haar nog vaak in herinnering aan het verleden en dat zij wil niet meer. Verzoekster ervaart de naam als zeer belastend;

ze wil niks meer met haar verleden van doen hebben. Ze is getuige geweest van diverse ingrijpende voorvallen en een tijd lang heeft ze zelfs met een alarmknop van de politie rond moeten lopen. Zelfs toen kon haar veiligheid niet worden gegarandeerd. Verzoekster heeft tijdens haar werkzame periode in de prostitutie tatoeages laten zetten, die zij momenteel aan het weghalen is. Het enige wat thans voor haar resteert, is de naam.

Voor verzoekster is het van groot belang dat zij een nieuwe identiteit kan aannemen via het wijzigen van de voornaam. Ze zal afsluiting kunnen zoeken voor haar ingrijpende verleden. Daarnaast verwacht verzoekster dat de naamswijziging haar dagelijks welzijn ten goede zal komen, omdat ze het (zeer) lastig vindt om zich voor te stellen aan nieuwe personen uit vrees dat ze wordt herkend. Ze is dankzij hulp van instanties erin geslaagd om een nieuw leven op te bouwen.

De rechtbank oordeelt dat verzoekster voldoende aannemelijk heeft gemaakt een voldoende zwaarwichtig belang bij het verzoek te hebben. Zij wijst de aanvraag toe.