Uitspraak van de rechtbank Gelderland van 19 januari 2021
Verzoekster ervaart in het dagelijks leven sterke hinder van haar officiële voornaam. De reden hiervoor is dat zij bij haar geboorte een roepnaam heeft gekregen en deze ook in het dagelijks verkeer gebruikt. Met haar officiële voornaam wordt zij alleen geconfronteerd bij officiële zaken, of als ze zich bijv. moet legitimeren. Verzoekster wordt door zowel vrienden, familie en kennissen met haar geboortenaam aangesproken. Het levert voor haar in het dagelijks leven vaak grote ongemakken op als ze met haar officiële voornaam wordt aangesproken. Die ongemakken ondervindt ze bijv. bij het boeken van een vliegvakantie, het afhalen van post of het aanvragen van een nieuw rijbewijs.
Verzoekster heeft de beleving dat het gaat om iemand anders als ze haar officiële voornaam ziet: ze draagt immers als vanaf haar geboorte een afwijkende roepnaam. De hinder die ze ervaart gaat zo ver, dat ze zelf niet in het huwelijk wil treden zolang haar roepnaam niet officieel is vastgelegd (althans: als de officiële voornaam gewijzigd is). Ze vindt de voornaam ook erg ouderwets, omdat hij bijna niet meer voorkomt in Nederland. Ze koestert daarnaast vervelende herinneren aan de naam.
De rechtbank oordeelt dat verzoekster een voldoende zwaarwichtig belang heeft bij het verzoek tot voornaamswijziging en wijst het verzoek toe.