Uitspraak van de rechtbank Den Haag van 9 februari 2021

Verzoekster komt van origine uit Afghanistan. Haar naam komt in Nederland niet frequent voor en is ongebruikelijk. De voornaam wordt vaak verkeerd uitgesproken en dat leidt er bij verzoekster toe dat ze op vrijwel dagelijkse basis hinder ondervindt van haar voornaam.

Mede omdat de naam ongebruikelijk is, is het voor anderen vaak niet duidelijk of verzoekster mannelijk of vrouwelijk is. Regelmatig beschouwen anderen de naam van verzoekster als mannelijk en dat levert dan verwarring op. Als verzoekster de naam uitspreekt, is het ook vaak niet duidelijk hoe de voornaam moet worden geschreven. Ook dat stoort verzoekster aanzienlijk. Kortom: ze wil graag van de voornaam af, althans een nieuwe voornaam toevoegen.

In principe is voor een verzoek tot voornaamswijziging een originele geboorteakte nodig. Verzoekster heeft die echter niet kan deze ook niet verkrijgen. Ze is op jonge leeftijd naar Nederland gekomen als vluchteling. Ze kan zich niet wenden tot de autoriteiten in Afghanistan om een geboorteakte aan te vragen en om die reden vraagt ze de rechtbank om de geboortegegevens in Nederland vast te stellen, zodat vervolgens op het verzoek tot voornaamswijziging kan worden beslist. Ze heeft aantal documenten overgelegd die kunnen dienen als bewijs, waaronder meer gehoren van de IND, het koninklijk besluit naturalisatie en verklaringen van haar ouders.

Gelet op de stellingen van verzoekster oordeelt de rechtbank dat ze voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat ze geen geboorteakte uit Afghanistan kan verkrijgen. Ze heeft een aantal documenten overgelegd die kunnen dienen als bewijs om de geboortegegevens vast te stellen. De ambtenaar van de burgerlijke stand Den Haag heeft daarbij een voorstel gedaan en de rechtbank heeft dat voorstel overgenomen. Ook het verzoek tot voornaamswijziging wijst de rechtbank toe; verzoekster heeft nu een naam die makkelijk hanteerbaar is en mooi.