Uitspraak van de rechtbank Noord-Holland van 17 maart 2021
Verzoekster heeft een ingrijpende jeugd meegemaakt. Dat komt omdat haar ouders haar gescheiden toen zij vier jaar oud was. Verzoekster is niet erkend door haar biologische vader en verzoekster heeft hem nooit gekend. Verzoekster draagt wel de namen die haar biologische vader hem mede heeft gegeven. De moeder van verzoekster trad in het huwelijk met een nieuwe man en die heeft verzoekster toen geadopteerd. Via de adoptie kreeg zij toen de geslachtsnaam van de nieuwe partner. Het huwelijk was echter van korte duur met als gevolg dat verzoekster ook geen band heeft opgebouwd met de nieuwe partner van haar moeder.
De moeder van verzoekster is vroegtijdig komen te overlijden. Verzoekster en haar broers waren toen op zichzelf aangewezen d.w.z. er waren geen ouderfiguren in hun leven en ze werd door het overlijden (opnieuw) geconfronteerd werd met vele zaken uit het verleden. Gezien de associaties die aan ze heeft met de naam van haar vader, heeft verzoekster de wens om deze naam te doen vervallen. Aan de naam zijn in het bijzonder vervelende gebeurtenissen gekoppeld. De moeder van verzoekster heeft veel meegekregen van de familie van vaders kant en is debet geweest aan het verbreken van contact met die kant van de familie. Verder heeft verzoekster al sinds jaar en dag een roepnaam die zij gebruikt; deze wil zij graag formaliseren, omdat ze de naam niet in het zakelijk verkeer kan gebruiken. Ze kan wel bewijzen dat ze de naam in het dagelijks verkeer draagt.
Gezien de toelichting van verzoekster is de rechtbank van oordeel dat het verzoek voldoet aan de wettelijke vereisten. De rechtbank wijst het verzoek (schriftelijk) toe, aldus zonder mondelinge behandeling ter zitting. Na afronding van de hoger beroepsprocedure van drie maanden kan verzoekster de aangepaste namen hanteren.