Uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 20 oktober 2020
Verzoekster is oorspronkelijk afkomstig uit Turkije en heeft een (zeer) slechte jeugd gehad met haar ouders. Van de periode tot aan haar 10e levensjaar weet verzoekster zich niets meer te herinneren. De jeugdherinneringen die ze daarna heeft, staan vooral in het teken van belastende ervaringen, o.a. verbale agressie van de vader. Ze wil haar voornaam onder meer veranderen om afsluiting te zoeken voor dit verleden. Verder vindt ze het belangrijk om de naam te veranderen, omdat ze deze kreeg van haar opa, maar daarmee heeft ze geheel geen band.
De nieuwe voornaam die verzoekster wil, is een referentie naar een tante van verzoekster. Daar heeft ze wel een goede band mee opgebouwd en om die reden vindt ze de naam belangrijk. Ze wordt sinds enkele jaren aangesproken met deze naam en dat geeft haar vrede en geluk. Op zichzelf staat het verzoekster vrij om deze zelfgekozen roepnaam te gebruiken zonder haar officiële voornaam te wijzigen, maar dat is voor haar niet voldoende. Door middel van een officiële voornaamswijziging wil zij een nieuwe start maken in haar leven.
De geboorteakte van verzoekster is niet ingeschreven in Nederland. Wel heeft ze een meertalig uittreksel van de geboorteakte kunnen verkrijgen via het consulaat. Deze is bruikbaar en kan worden ingeschreven. Gezien de toelichting van verzoekster wijst de rechtbank het verzoek toe.