Uitspraak van de rechtbank Overijssel van 12 maart 2021

Verzoeker is afkomstig uit Syrië en heeft daar geleefd onder erbarmelijke omstandigheden. hij belijdt namelijk het christelijk geloof en dit geloof werd in Syrië niet geaccepteerd. Verzoeker kan zich mede gezien zijn geloof niet identificeren met zijn afkomst en beschouwt het in zekere zin als godslastering dat zijn voornamen gekoppeld zijn aan het islamitisch geloof.

In het dagelijks leven ervaart verzoeker op last van zijn naam, maar vooral als hij zondag naar de kerk gaat, want voor zijn gevoel hoort hij daar dan niet te zitten i.v.m. zijn voornaam. Verzoeker is in behandeling geweest bij een psycholoog. Hij ervaart in het dagelijks leven aantoonbaar belemmeringen van zijn voornaam. Hij wil van de voornaam af en wil dat zijn roepnaam officieel wordt. Gezien de hinder die bij van de naam ondervindt, meent hij te voldoen aan de wettelijke voorwaarden.

Verzoeker is in het bezit van een Syrische geboorteakte, die ook is gelegaliseerd. De geboorteakte kan daardoor worden ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand Den Haag. Dit is te meer belangrijk, omdat hij voor het overige geen originele geboorteakte (meer) kan verkrijgen uit Syrië, gezien zijn vluchtelingenstatus.

Gezien de toelichting van verzoeker oordeelt de rechtbank dat er sprake is van een voldoende zwaarwichtig belang bij het verzoek tot voornaamswijziging. De rechtbank wijst het verzoek schriftelijk toe en conform advies van de burgerlijke stand Den Haag wordt de geboorteakte ingeschreven, zodat verzoeker voortaan ook bezit over een Nederlandse geboorteakte.